Les 3 snuffelschildercursus landschap


Kleuren mengen voor dit landschap uit 4 kleuren en wit.

  • lees de les goed door en bekijk de video voordat je begint.

 

Lesdoel: wat je leert en kan na deze les

  • je kan uit 4 kleuren en wit, tig kleuren halen die je kan gebruiken voor dit landschap.
  • het beheersen van effectief mengen
  • begrijpen waarom je kleurtonen nodig hebt voor diepte en ruimte.
  • wat het verschil is tussen dichtschilderen en openschilderen

 

  

 

De opdracht:

Meng uit de kleuren:

  • Blauw (mag elke kleur fris blauw zijn, zoals kobalt, primaire blauw)
  • Gebrande sienna (heb je al gebrande omber dan kan je er ook veel geel en wat weinig rood door doen)
  • Citroen geel of een andere lichtgeel
  • Pruisisch blauw
  • Titaan wit

Alle kleuren zoals je die op de foto ziet en meer zoals je zelf wil.


 

  • probeer de macht over je kleuren te houden en logisch en efficïent te mengen zodat je ook de volgende keer snapt waar ze vandaan komen.

 


 

 

De kleuren (kleurtonen) die je van licht naar donker mengt heb je ook nodig om diepte in je lucht, land, en vormen te maken. 

  • De kleurtonen geven een suggestie van dichtbij en ver weg, van lichtval en schaduw.
  • Allemaal ook nodig voor diepte, ruimte en vormen met volume.
  • Dus geen platte vormen, zoals je hebt kunnen leren in snuffelcursus 1 met de kersjes.

 

Je weet dus al wat het verschil is tussen een platte omtrek en vorm met volume.

  • Maar nu spelen ook het land en de lucht mee. Zou je die in 1 kleur schilderen dan slaat ook dat je werk dood, en zorgt voor het gevoel “plat” werk.

 

Misschien heb je wel eens gehoord van “de boel dicht schilderen”. Dat wil je niet, je wil dat de boel open gaat, met andere woorden: dat je verder kan kijken. En verder kijken geeft een gevoel van diepte, ruimte. Dus geen bekneld, benauwend gevoel.


 

Schilderen is ook emotie, daar is niets engs aan. Maar…het moet lekker zijn om naar te kijken. Je wilt dat lekkere gevoel overbrengen.


 

Kort samengevat, diepte/ruimte/volume, maak je o.a. in deze les door:

  • kleurtonen die aangeven waar licht valt en schaduw en dat dichtbij en veraf laten zien
  • door perspectieven te gebruiken: atmosferisch
  • door vormen van groot naar klein, dat dichtbij en veraf laten zien

Video

Je leert hier snel, efficiënt en eenvoudig mengen. 

  • Je kan even snel en efficïent een onderzoek doen naar de kleuren die je wilt gaan gebruiken. Je bespaart zo tijd want je weet de volgende keer waar je naar op zoek bent en hoe je daar komt.
  • Meng je ze op een A4 dan kan je ze bewaren in een plastic mapje als reminder voor een volgende keer.

 

Ga je ze daarna weer mengen voor gebruik in je werk, meng dan grotere hoeveelheden, en niet op papier maar bv. op je afscheurpalet. (papier zuigt teveel op)

  • Gebruik een plantenspuit om de boel niet te laten opdrogen. 
  • Natuurlijk kan je tijdens het mengen ook vertrager gebruiken, zodat het langzamer droogt.
  • Wil je je werk snel laten drogen dat kan je een föhn gebruiken.

 

Tip- Pak direct 5 kleine penseeltjes zodat je schoon kan mengen en er geen restkleuren in zitten tijdens het mengen

  • ik gebruik goedkope varkensharen penseeltjes om te mengen, geen paletmesje. Maar dat moet je zelf weten.
  • In het begin komen er veel haartjes los maar dat houdt een keer op.

Je bent hier in schilderles 3


 

Naar les 4

Naar les 5


 

Naar boven


 

Terug naar les 1

Terug naar les 2